Toekomst voor de langdurige zorg
Zeeuwse Gronden is als GGz instelling min of meer ‘toevallig’ ontstaan – vanuit een wisselwerking tussen ouders, hulpverleners, de collega GGz instelling, woningbouwvereniging en mensen uit alle geledingen van de samenleving (politici, gemeentebestuurders, mensen uit bedrijfsleven). De afgelopen jaren komt Zeeuwse Gronden naar voren als een goed voorbeeld van geïntegreerde zorg, voor mensen met een ernstige psychiatrische aandoening, waarbij het wonen centraal staat. Een belangrijke vraag is of Zeeuwse Gronden, met een eigen, unieke, historische ontwikkeling – als voorbeeld kan dienen voor de ontwikkeling van soortgelijke initiatieven elders in het land. Hierbij zijn een aantal aandachtspunten en knelpunten te formuleren.
- We hebben er bewust voor gekozen zelf zorg te leveren. Dit betekent dat een erkenning noodzakelijk is voor ondersteunende woonbegeleiding, behandeling en kleinschalig verblijf. De ontwikkeling naar een zelfstandige GGz organisatie is niet vanzelfsprekend. Groot voordeel is echter dat de kwaliteit van zorg goed bewaakt kan worden, dat er sprake is van lagere overheadkosten, wat de directe zorg van cliënten ten goede komt, en dat de zorg en het gedachtegoed voor de specifieke doelgroep behouden blijft.
- Financiering van een instelling is niet meer van deze tijd. (Hoewel grote GGz instellingen in de praktijk altijd nog met vaste budgetten werken, die ze moeten zien te verantwoorden met de ‘productiecijfers.’) Tegelijkertijd moet daarbij de kantekening worden gemaakt dat voor de meest kwetsbare groep van cliënten, goede zorg alleen vanuit instellingsniveau geleverd kan worden. Een kleinschalige instelling als Zeeuwse Gronden kan precies laten zien voor welk budget aan hoeveel cliënten geïntegreerde zorg geleverd kan worden. De zorg wordt geleverd vanuit de instelling aan de individuele cliënt. Het is een illusie te denken dat goede zorg alleen geleverd kan worden vanuit het principe van de individuele zorgvraag. We lichten dit nog verder toe.