Psychiatrie en Wonen (2003)

Een psychiatrische ziekte is niet gewoon. We doen wel ons best een psychiatrische stoornis zo gewoon mogelijk te laten lijken. De vergelijking wordt gemaakt met suikerziekte, waarvoor je, 'ook een leven lang pillen moet nemen.' Een psychiatrische ziekte komt echter gevaarlijk dicht bij de eigen identiteit. De eenheid van ons zijn. Deze eenheid komt op losse schroeven te staan. De identiteit wordt aangetast. Door de ziekte van binnenuit. Maar ook van buitenaf, omdat de omgeving zich geen raad weet met de mens die aan een psychiatrische ziekte lijdt. Met wie heb je te maken ? Is deze mens nog wel dezelfde als die we dachten te kennen of heeft er een definitieve verandering plaatsgevonden.
 
In ons denken houden we de dingen graag van elkaar gescheiden. Je bent ziek of gezond. Dit is je ziekte maar dat ben jij. Soms kunnen we dit onderscheid aanhouden. Een mens maakt een depressieve stoornis door, wordt weer beter en kan deze periode als een zwarte bladzijde uit zijn levensgeschiedenis achter zich laten. Maar vaak loopt het anders bij mensen met een ernstige psychiatrische ziekte. Men valt regelmatig terug of wordt zelfs nooit meer helemaal beter. We kennen de persoon die aan de ziekte lijdt niet meer goed terug. Hij is anders geworden. Het onderscheid tussen de oorspronkelijke gezonde persoon en de ziekte is niet meer duidelijk.
 
Wanneer we hier spreken van psychiatrie, dan bedoelen we de mensen die lijden aan een ernstige psychiatrische ziekte en die daar veel last van hebben. Mensen voor wie het niet meer vanzelfsprekend is een gewoon leven te leiden. In dit verband wordt ook gesproken over mensen met een chronisch psychiatrische stoornis. Een stoornis die in de tijd voortduurt. Deze term is ongenuanceerd. Dikwijls levert een psychiatrische stoornis inderdaad levenslange beperkingen op. Maar tussen de mensen onderling met een psychiatrische stoornis zijn grote verschillen waar te nemen. Ook als het om dezelfde ziekte gaat. De ene mens met schizofrenie is de ander niet.
 
Van ons wordt gevraagd de tweedeling tussen ziekte en gezondheid te doorbreken. Spreken van een schizofreen, houdt in dat we alle nadruk op de ziekte leggen. De ziekte bepaalt de persoon tot in zijn identiteit. Spreken we van een mens met schizofrenie, dan suggereren we een tegenstelling tussen de ziekte en de persoon. Alsof we daarin een duidelijk onderscheid kunnen maken. De identiteit van een persoon met schizofrenie, of een andere psychiatrische stoornis, wordt echter medegevormd door de ziekte. (Estroff, 1998) Wie je bent, wordt voor een deel bepaald door wat je hebt. (Isarin, 2001) Ziekte en persoon zijn niet zonder meer van elkaar te scheiden.
 

De betekenis van een psychiatrische stoornis voor een mens zijn leven wordt voor een deel bepaald door de persoon zelf. Voor een ander belangrijk deel hangt dit echter af van de betekenis die andere mensen in zijn omgeving aan de ziekte toekennen. Zoals we later nog zullen zien, hebben mensen met een ernstige psychiatrische ziekte nadeel ondervonden van een omgeving die hen alleen op de ziekte aanspreekt. We spreken dan met name van de tijd dat deze mensen levenslang in een psychiatrisch ziekenhuis werden opgeborgen en geen andere mogelijkheid hadden dan zich met hun ziekte te vereenzelvigen. Anderzijds kan het ook in het nadeel werken van mensen met een psychiatrische stoornis wanneer de invloed van de ziekte wordt onderschat. Dat geldt met name voor deze tijd, waarin mensen sterk worden aangesproken op hun autonomie. We gaan er vanuit dat mensen de verantwoordelijkheid voor zichzelf kunnen nemen, wat echter niet altijd het geval is wanneer mensen aan een ernstige psychiatrische stoornis lijden.

In deze voordracht gaat het om de vraag naar de ruimte die onze samenleving te bieden heeft aan mensen met een ernstige psychiatrische stoornis. Deze ruimte mag niet te beperkt zijn door enkel onze aandacht naar de ziekte uit te laten gaan. Maar de aangeboden ruimte kan ook niet onbegrensd en vrijblijvend zijn. Eigen verantwoordelijkheid heeft alleen zin, wanneer je er gebruik van kan maken. De vraag naar ruimte wordt concreet wanneer we tot het eigenlijke onderwerp van deze middag komen, namelijk de ruimte om te wonen.